Internationale Vrouwendag. Een dag die gelukkig al tijden op de kalender staat, wereldwijd. Niet omdat het kan, maar omdat het moet. In mijn zelfgecreëerde omgeving (denk aan de mensen die je volgt op Insta en de infobubbel die dat produceert) maken vrouwen de dienst uit. Ik volg de meiden die bikkelen, die gaan voor hun dromen en die selfmade zijn. Zij die ondanks tegenslagen stappen zetten en zich niet aanpassen aan de ideeën die de rest van de maatschappij nog heeft. Ze gaan voor goud en anders niet. Maar die bubbel geldt niet overal.

Zo werkt mijn schoonmoeder een paar uur per week in de horeca. Gewoon, omdat ze dat heel gezellig vindt en graag bezig is. Niet omdat het moet, maar omdat het kan. Daar krijgt ze natuurlijk voor betaald. En wel 50 cent per uur minder dan haar mannelijke collega’s. Twee kwartjes. Scheelt bijna niks, dat was vroeger wel anders, zou je zeggen. Maar het verschil is er en daarom is Internationale Vrouwendag niet zomaar een hype om aandacht te trekken, maar een noodzakelijk kwaad om recht te trekken wat scheef is.

En dan hebben we het over Nederland, maar er zijn plekken op de wereld waar ze nooit van Internationale Vrouwendag gehoord hebben, terwijl het daar om meer gaat dat die twee kwartjes. Daar gaat het om fundamentele mensenrechten, kans op onderwijs, op een sociale status, op werk in zijn algemeenheid of om basic needs, zoals gezondheidszorg en soms zelfs recht op leven.

Ja, mijn timeline wordt ook overspoeld met girlbosses die vandaag hun sisterhood vieren en ergens klinkt dat te populair om serieus te nemen. Maar dat is de bubbel die ik heb gekozen te volgen. It ain’t the real world. En onze stem moet klinken voor hen die stil zijn, niet omdat ze dat kunnen, omdat het nog moet.