Het grootste voordeel van schrijven in de 21e eeuw (en leven in het algemeen) is het bestaan van internet. Dit magische medium weet alles en vertelt het je in een handomdraai. Wil je weten wat er in een sterrenrestaurant op het menu staat? Een druk op de knop en de meest actuele kaart verschijnt op je scherm. Hoe lang het lopen is van het station naar de bioscoop? Googlemaps vertelt het je in een handomdraai. Hoe je het beste wiet kan kweken, op welke manier je een XTC-lab in elkaar zet of welke pillen het meest effectief zijn tegen erectieproblemen: even browsen en de antwoorden verschijnen automatisch op je scherm. Kortom: het altijd beschikbare internet is de hemel voor de luie schrijver die er niet aan moet denken om bibliotheken af te struinen, apotheken te bellen met genante vragen onder het motto van ‘research’ of langs te gaan in schimmige kroegen. Je krijgt meer informatie dan je vroeg en een groot deel van de overbodige nieuwe kennis leidt weer tot nieuwe verhaallijnen. Kortom: ik zou niet willen ruilen met Charlotte Brontë, Charles Dickens of recenter Harrie Mulisch. Het is verbazingwekkend dat die mensen überhaupt nog tijd overhielden om te schrijven.
En toch is het internet op dit moment mijn grootste vijand. Want juist in die constante beschikbaarheid schuilt het gevaar. Mijn verslaving begint al in bed, luttele seconden na het openen van mijn ogen is het eerste waar ik naar reik mijn bril en het tweede de telefoon. Niet om te kijken hoe laat het is, maar om te checken wat de rest van de wereld op dat uur van de dag doet. En niet te vergeten al die uren dat ik in dromenland was. Want stel je voor je zou iets missen. En hoewel het me weinig uitmaakt of Kim Kardashian nu wel of niet zwanger is, wat mijn facebookvrienden als ontbijt hebben gegeten of hoeveel kilometer ze hebben hardgelopen nog voor de zon op was…ik absorbeer het als een uitgedroogde spons. Natuurlijk boeit het me niet of Barack het werkelijk ‘truly gezellig’ vond bij Mark en hoe erg ook, het conflict op de Krim of in Syrië is op geen enkele manier van invloed op mijn luxe dagelijkse bestaan. Het vervelende van al dat nieuws en die vergaarde kennis is dan ook dat je er niks mee kan doen. Het is fastfood voor je hersenen, in kant en klare bits en bites aangeleverd, om vervolgens als lege calorieën opgeslagen te worden in je hersenen.
De uitdaging nu is dan ook om te singletasken en om eens iets af te maken voor je vingertoppen, puur uit gewoonte afdwalen naar andere apps of websites. Ik weet niet hoe het met jullie zit, maar ik blijf het lastig vinden om op deze manier mijn productiviteit te verhogen. Gelukkig helpt het goede weer. Na de lunch is het warm genoeg in de tuin en hoewel ons tuinhuis van alle gemakken voorzien is, mist er een vitaal onderdeel dat nog wel eens mijn zegen kan zijn: Wifi. Zolang ik mijn telefoon en iPad in de keuken laat liggen, kan er vanmiddag niets mis gaan. Ik ga schrijven. En als ik iets niet zeker weet dat ik moet opzoeken? Dan schrijf ik die notities op en ga ik vanavond op zoek op de digitale snelweg. Vanmiddag is het tijd voor focus.
Liefs,